De tak "Ewijk" sluit aan op de tak "Land van Maas en Waal", die op zijn beurt een onderdeel vormt van de Berghem-tak.
Van de veel voorkomende plaatsen Beuningen, Deest, Winssen, Ewijk, Afferden, enz. is Ewijk wel de voornaamste plaats waar nog talrijke nakomelingen wonen van Willem Hoes en van waaruit zich vele Hoes-en elders hebben gevestigd.
Het dorp Ewijk wordt reeds in 855 genoemd als Euuic en heeft nadien de volgende namen gekend: Aeich (1075), Awicke (1076), Awick of Eenwick (1100), Ewick (1196), Ewich (1300) en Ewick (1373).
In 1453 zei men al, net als nu nog in het dialect te horen is, "Euwick". Deze naam kan zijn samengesteld uit een waternaam "ee" of "aa", terwijl "vicus" wijk betekent.
In de buurt van het kasteel Doddendaal hebben de Romeinen gewoond, zoals uit de daar gevonden overblijfselen is gebleken. Mogelijk is hier een Romeinse soldaat een bouwhof of boerderij begonnen.
Oorspronkelijk was het kasteel Doddendaal van hout, maar rond de 12e eeuw werd het uit steen opgetrokken. Het is in de middeleeuwen gesticht als Hof van Ewijk, voor het eerst genoemd in 1379.
Voor een verder beschrijving van dit kasteel, zijn beschermende rol t.o.v. de katholieken ten tijde van de Reformatie en vooral de betrekkingen van zijn bewoners (de familie van Stepraedt) met het geslacht Hoefs/Hoes, wordt verwezen naar "de geschiedenis van het Land van Maas en Waal".
Voor het katholieke geloof in het Land van Maas en Waal is met name het z.g. Twaalfjarig Bestand (1609-1621) noodlottig geweest.
Op last van de Gelderse Staten en met krachtige steun van o.a. de Nijmeegse magistraat is toen in deze streek, waar het aantal protestanten uiterst gering was, de hervorming met geweld doorgevoerd.
Rond 1609 werden alle kerken aan de katholieke godsdienst onttrokken om aan de predikanten ter beschikking te worden gegeven.
Er werden diverse plakkaten uitgevaardigd tegen de "paepsche stouticheden" en elk kerspel of dorpsgemeente had op den duur zijn eigen protestantse schout.
Wel waren overal gezagsdragers te vinden, waarbij voor veel geld allles te koop was; ook de neiging om de andere kant op te kijken om een priester de gelegenheid te geven ergens in een schuur de H.Mis op te dragen.
Zo trokken priesters vanuit Megen en Tiel, vanuit schuilplaatsen op Doddendaal (vaak vermomd) de streek in om de genadegaven van de kerk te brengen of een opbeurend woord te spreken.
De 80-jarige oorlog was rampzalig voor het Land van Maas en Waal.
De vaak slecht betaalde Spaanse soldaten, die veelal geheel van plundering leefden, hadden dikwijls vrij spel op het onbeschermde platteland en menige arme boer moest toezien hoe zijn schamele hoeve een prooi van de vlammen werd.
Ook de dijken waren door alle toestanden in het laatst van de 16e eeuw erg verwaarloosd, zodanig dat de rivier een vrije in- en doorloop had, zodat de populierbomen door het water werden omgerukt en de daken van de huizen afgerukt.
Vanuit het Reichswald trokken wolven met horden tegelijk het verarmde land binnen, kenmerk van verlatenheid.
In 1724 verdwenen vele katholieke adellijke families uit de ridderschap. Ook de familie van Stepraedt van kasteel Doddendaal, die al in de 17e eeuw de schuilkerk in het kasteel had ingericht voor katholieken uit de wijde omtrek.
Op het eind van de 80-jarige oorlog (1568-1648) kwam de katholieke zielzorg in het land van Maas en Waal weer wat op gang. De predikanten klaagden herhaaldelijk over de "grote insolventie der papisten" en dat er paepse excercitiën" plaats vonden in Wamel, Hernen en op Doddendaal.
Voor meer informatie over Ewijk wordt verwezen naar de officiële website van de plaats Beuningen, waar Ewijk een onderdeel van vormt: